Opschaling aardgasvrije wijken: instrumenten moeten óók uit Den Haag komen
22 januari 2021 - De rekenkamer deed in mei 2020* verslag van het achterblijven van het aardgasvrij maken van bestaande woningen in Nederland. Deze week kwam de Volkskrant** tot dezelfde conclusie: slechts 206 woningen zijn de afgelopen twee jaar in Nederland van het aardgas gehaald. Dat hadden er zo’n 50.000 moeten zijn. In Gelderland zien we ook dat het aantal aardgasvrije woningen ver achterblijft bij de verwachtingen en bij de gestelde ambitie. Aan de inzet en motivatie van bewoners en Gelderse partners ligt het niet.
Rien Ramerman, programmaregisseur Gebouwde Omgeving van het Gelders Energieakkoord daarover: “Inmiddels werken we in Gelderland aan zeven aardgasvrije wijken, gesteund vanuit het Rijk. Ook de provincie Gelderland steunt twee Gelderse wijken en daar komen dit jaar weer twee extra wijken bij. Dat staat nog los van de overige 14 bewonersinitiatieven die we via Wijk van de Toekomst faciliteren en de 8 wijken die hiervoor in de initiatieffase zitten. Kortom, het animo voor aardgasvrij groeit en op beleidsvlak zijn de gemeentelijke transitievisies warmte daarin een volgende stap.”
Bottlenecks
In de praktijk openbaren zich echter flink wat bottlenecks. Zo is een oplossing op buurt- of wijkniveau vaak voordeliger en duurzamer dan een individuele oplossing. Dat vraagt echter veel overleg en afstemming, met name omdat de situatie per huis en huishouden enorm verschilt. Ook zijn er binnen een buurt of wijk vaak verschillende visies op het beste alternatief voor aardgas. “Waar de één puur kijkt naar betaalbaarheid, kijkt de ander juist naar duurzaamheid of leveringszekerheid”, zo licht Rien toe. “Daar komt bij dat bewoners bijvoorbeeld nog altijd een bijdrage betalen voor het verwijderen van hun gasaansluiting.” Deze bijdrage vervalt naar alle waarschijnlijkheid op 1 maart.
Werkelijke invloed
“In december hebben we de Gelderse partners binnen de gebouwde omgeving gevraagd naar de grootste knelpunten op de weg naar aardgasvrij”, vervolgt Rien. “Met stip op één staat de betaalbaarheid. Vanuit het Rijk is gezegd dat de transitie naar aardgasvrij woonlastenneutraal moet zijn, maar in de praktijk blijkt dit niet haalbaar. Er is dus nog geen goede propositie, zoals die er voor de aanschaf van zonnepanelen bijvoorbeeld wel is. Een ander knelpunt is het gebrek aan duidelijkheid: welk aardgasalternatief past voor mijn huis en mijn buurt het beste? En, hoe duur, hoe betrouwbaar en hoe duurzaam is dat alternatief? Wat betekent dat qua verbouwing en maatregelen in huis? En vooral: wanneer is mijn huis of mijn buurt aan de beurt? Dat laatste is sowieso een lastige, omdat er geen einddatum wordt gegeven voor het gebruik van aardgas. Er is zogezegd geen stok achter deur.”
“Daarom kijken we vanuit de Gelderse gebouwde omgeving met enige spanning uit naar de landelijke verkiezingen op 17 maart. In Gelderland doen we met bewoners, installateurs, aannemers, woningcorporaties en gemeenten wat we kunnen, maar de werkelijke invloed op financiering, betaalbaarheid en regelgeving moet uit Den Haag komen.”
Verwijzingen
* Artikel Rekenenkamer
** Artikel Volkskrant
Klopt dat wel: “de werkelijke invloed op financiering, betaalbaarheid en regelgeving moet uit Den Haag komen”. Ik denk dat dit maar deels waar is. Energietarieven hebben natuurlijk enorme impact… de aardgasprijs kan versneld omhoog… dat is waar. Maar in onze lokale realiteit is het toch zo dat de samenwerking tussen marktpartijen, lokale overheden en bewonersorganisaties als het gaat om ontzorging van bewoners (zowel financieel, technisch als qua energieprestatiegarantie) nog maar mondjesmaat vorm krijgt. En dat daarvoor toch vooral de samenwerking vanuit gemeentelijke regie zou moeten komen. Daarom wordt ook een programma voor energiedienstenbedrijven opgezet. En natuurlijk zijn ‘middelen’ daarvoor essentieel en is ‘den Haag’ belangrijk. Maar de programmering hiervoor ligt dan toch echt bij de gemeenten?
door Thijs de la Court op 24-02-2021 om 14:02 uur
Reageer op dit artikel